vrijdag 5 augustus 2011

Blues

Op een viaduct over de A18 bij Westendorp kijk ik over het landschap van mijn kinderjaren: weilanden, boerderijen, sloten en zandwegen waarvan de meeste nu verhard zijn. Het toen geheimzinnige witte landhuis in het bos staat nu open en bloot naar de snelweg gekeerd. Onder mij een onophoudelijke verkeersstroom die westelijk aansluit op de A1 en oostelijk eindigt in een vaatvernauwing naar andere wegen, in het donker letterlijk te nemen door de rood opgloeiende remlichten. Over de snelweg buigt de B-weg met een bedacht sierlijke lus in de richting van mijn geboortehuis. Dat brandde af na onze verhuizing in de jaren vijftig. Er is niets meer dat ik herken, ik weet alleen dat op een plaats die ik aan kan wijzen restanten van de olielamp moeten liggen die mijn vader stuksloeg en daar begroef. Want we kregen elektriciteit, gloeilampen en een radio. Ook kan ik de plaats aanwijzen waar een van de buurjongens zijn handen overgoot met wasbenzine en ze vervolgens aanstak. Eraan vooraf ging de mededeling: "Hier kun je zien wat je nog nooit gezien hebt!", uitgesproken met de intonatie van een circusdirecteur. Mijn zus en ik keken toe, we stonden alle drie in het maanlicht op de bevroren sloot langs de weg. Desondanks werd buurjongen later een vaardig timmerman. Verderop zie ik mijzelf omhoog reiken naar het stuur en trappen op de fiets van mijn moeder, terug naar huis van de tandarts. Zij had al haar tanden laten trekken om 'een gebit te nemen', dat had toen een zekere status. Ze voelde zich kennelijk te beroerd om terug te gaan en zal zich hebben laten ophalen door mijn vader. Mijn rossige haar werd geknipt in het dorp door een man die vader en mij dezelfde coup gaf: kort rondom met de tondeuse en bovenop wat langer met een schuine lok op het voorhoofd. Met dat hoofd sloeg ik tegen de muur van de lagere school toen ik tegen een grotere jongen opbotste. In de pisbakken op de gang naast de lokalen moest ik overgeven, ik had een hersenschudding, waarmee ik thuis in het donker moest liggen. Onder het schaarse verkeer dat er langskwam viel een grote zwarte Opel Kapitän op door zijn lekke uitlaat die mij deed opschrikken in mijn klasje. De school is nu een fietsenwinkel en rondom de voormalige speelplaats staan woningen. Het dorp had twee maalderijen, tegenover elkaar gelegen, die zijn nu in gebruik genomen door de plaatselijke autohandel. De winkel in ijzerwaren zit er aan vast geplakt, totdat ze ook zal worden opgeslokt door de heilige koe. De houtzagerij is niet langer in werking, er ligt geen boom meer te wachten voor de roestende transportband, het terrein is verlaten en het gebouw oogt verwaarloosd. In een van de beide café's wordt de Westendorp Bluesnight voorbereid, Bill Wyman heeft hier ooit opgetreden. Het is 2008, ik ben van 1948, het is de 18e Bluesnight aan de A18.

Geen opmerkingen:

Over Louis Radstaak

Mijn foto
Lochem, Gelderland, Netherlands
www.louisradstaak.nl